Door Wouter Stap
Symposium ‘Duurzaam durven denken vanuit de Bijbel’
Hoe kun je de Bijbel lezen als duurzaam boek? Daarover ging het symposium op vrijdag 8 maart aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Op het symposium werd het nieuwe boek Hemels groen gepresenteerd, geschreven door theologen Matthijs de Jong en Cor Hoogerwerf. Verder spraken o.a. Marianne Thieme en Carla Dik-Faber op het symposium.
Hoe kun jij als groen persoon christen zijn?
Het was op vakantie in Zuid-Frankrijk dat Marianne Thieme voor het eerst stilstond bij de dieren. In het veld kwam ze een haas tegen. De haas kwam dichterbij, ze keken elkaar aan, maar hielden toch een zekere afstand. Een gevoel van herkenning en verschil. Kant zou dit het sublieme kunnen noemen. Schoonheid zien maar het niet helemaal kunnen begrijpen. Later groeide deze dierenliefde uit tot het oprichten van de Partij voor de Dieren. Marianne was gelovig opgegroeid, maar vond het moeilijk om haar geloof te rijmen met dierenrechten. Juist in de Bible Belt zie je de meeste bio-industrie, en in de Rooms-Katholieke kerk is er een Sint-Hubertusmis waarin de jacht wordt gezegend. Aan de andere kant kreeg ze van veel niet-gelovige ‘groene mensen’ de vraag: “hoe kun jij als groen persoon christen zijn?” Dat leidde Marianne ertoe om zich aan te sluiten bij de Kerk van de Zevendedagsadventisten en later om theologie te studeren. Haar groene missie die ze eerst in de Tweede Kamer bracht, draagt ze nu uit vanaf de preekstoel in allerlei verschillende kerken.
Het verbond geldt ook voor dieren
Ook Carla Dik-Faber zat eerst in de Tweede Kamer, maar dan voor de ChristenUnie, en studeert nu theologie. Haar favoriete Bijbeltekst is Romeinen 8:19: “De schepping ziet er reikhalzend naar uit dat de luister van Gods kinderen openbaar wordt”. Als christenen hebben we de opdracht om zorg te dragen voor de schepping. “Omdat de schepping roept om een kerk die zorg draagt.” Een andere Bijbeltekst waar Carla naar verwees is Genesis 9, het verhaal van de zondvloed. Daarin sluit God een verbond met mens én dier (vers 8 en 9). Het woord berit (verbond) wordt in het hoofdstuk 7 keer genoemd. Een verwijzing naar de scheppingsdagen? In ons economische systeem zijn dieren echter weinig meer dan een productiemiddel in plaats van een verbondspartner. Dat moeten wij veranderen.
De koning als doder van de wilde dieren
Matthijs de Jong en Cor Hoogerwerf gaven alvast een inkijkje in het boek Hemels groen. Als je oude tekeningen uit Mesopotamië bekijkt, zie je de koning die jaagt op wilde dieren. Die wilde dieren stonden symbool voor chaos en voor vijanden die het volk bedreigden. De koning bedwingt de wildernis en waarborgt de orde. In de Bijbel komen we dit beeld echter helemaal niet tegen. Koninklijke macht wordt door de profeten juist bekritiseerd. Wapens, macht en koninklijk heersen zijn niet de sleutel tot de orde. Die sleutel ligt alleen bij God. God geeft ons weliswaar de opdracht om te heersen over de schepping, maar dat heersen krijgt een andere invulling. We mogen zorgen voor de schepping, met niet de mens, maar God in het middelpunt.
Van rentmeesterschap naar bondgenootschap
Waar de sprekers allemaal over spraken, was het woord rentmeesterschap, een bekend begrip uit de protestants-christelijke traditie. Het Griekse woord voor rentmeester is oikonomos. Je hoort het al: een rentmeester gaat over de economie. Een beheerder van geld en goed, niet iemand die voor de schepping zorgt. In het programma van de Partij voor de Dieren kom je dit woord dan ook niet tegen. De sprekers stelden voor om het woord ‘rentmeesterschap’ te vervangen door ‘bondgenootschap’. God sluit een verbond met de hele schepping, mens en dier. En wij mogen deel uitmaken van dat verbond.
Ben je geïnteresseerd om hier meer over te weten? Lees dan boek ‘Hemels groen’. Het boek is te koop bij het Nederlands Bijbelgenootschap.